Geveltekens gieten

Mijn laatste snijwerk  in lindenhout is een reliëf over karnaval, dat in 2021 veel minder uitbundig gevierd gaat worden dan in voorgaande jaren. Toch maar iets vrolijks gemaakt over de “Vastenavend in ’t Krabbegat”, ofwel karnaval in Bergen op Zoom. Op het reliëf is te zien: het stadhuis van Bergen op Zoom , een van de wagens tijdens de optocht van 2004, de Prins, de Nar en de veldwachter Steketee. Een paar vastenavendvierders en de krab die uit een gat kruipt. Het was voor mij leuk snijwerk.


Fase 2 is het maken van een siliconen rubber mal. Eerst het lindenhouten reliëf in een houten kistje, dan het siliconenrubber gieten tot aan het eerste randje. De dunne plekken en de scherpe randen met strijksiliconen dikker maken. Een dag laten drogen en dan een steunmal van gips met daarin bewapening op het rubber gieten.

Na een uurtje kan de gipsen mal van het rubber worden gehaald en dan komt fase 3.
Een spannend moment: het loshalen van het lindenhouten snijwerk van het rubber. Op plaatsen met te veel reliëf kan het rubber scheuren en moet dat later weer worden gerepareerd.
Het is een opluchting wanneer het reliëf en de rubber mal onbeschadigd tevoorschijn komen. En het rubber tegen het licht houden is altijd een prachtig gezicht.

Fase 4 is het gieten van een gevelteken (vaak ook gevelsteen genoemd) in de mal. Daarvoor gebruik ik Calmix 801. Calmix is 3 keer zo zwaar dan lindenhout. Dus simpel: iets meer dan 3 maal het reliëf-gewicht aan Calmix  afwegen, goed mixen en gieten. Omdat het gevelteken niet altijd wordt ingemetseld moet hij ook kunnen worden opgehangen. Dus wordt een plaat in de steen gemonteerd. Na enkele uren drogen kan de steen uit de mal worden gehaald. 

Fase 5 is het schilderen van het reliëf, hoewel puur wit is ook erg mooi. Per slot van rekening zijn vele geveltekens ook niet geschilderd.

En tot slot de 3 voorstellingen onder elkaar. Boven: De houtsnede, midden: de rubber gietmal en onder: het gevelteken.